Europese Overeenkomst Stelt Drastische Uitstootdoelen voor Vrachtwagens en Touringcars
Een aanzienlijke politieke stap in de richting van klimaatverantwoordelijkheid is genomen door de Europese Raad en het Europese Parlement. Beide instellingen lijken vrijwel volledig akkoord te zijn met de voorgestelde maatregelen van de Europese Commissie om de CO2-uitstoot van vrachtwagens boven de 7,5 ton en touringcars te verminderen. Volgens het voorlopige akkoord moeten deze voertuigen tegen 2030 een reductie van 45 procent realiseren, gevolgd door 65 procent tegen 2035 en een indrukwekkende 90 procent tegen 2040.
Deze verstrekkende beslissing erkent de beperkingen van uitsluitend vertrouwen op efficiëntieverbeteringen van verbrandingsmotoren. Grootschalige elektrificatie wordt als onmisbaar beschouwd, met een expliciete focus op batterij-elektrische aandrijving en waterstof met een brandstofcel. In enkele specifieke gevallen, waarin deze technologieën geen praktisch alternatief bieden, blijft na 2040 de mogelijkheid open voor het inschrijven van dieselvrachtwagens en touringcars.
De overeenkomst legt ook enkele uitzonderingen vast. Voertuigen van fabrikanten met kleine productieaantallen vallen buiten de regelgeving, evenals voertuigen voor mijnbouw, bosbouw en landbouw. Ook voertuigen voor het leger, de brandweer, civiele bescherming, openbare orde en medische zorg worden uitgesloten.
Voor professionele voertuigen zoals vuilniswagens en betonmolens wordt een aparte regeling ingesteld. Hoewel zij pas vanaf 2035 onder de regeling vallen, dienen zij vanaf dat moment wel te voldoen aan een reductie van 60 procent, waarmee er weinig ruimte is voor uitstel.
Na goedkeuring van de wet zal de Europese Commissie in 2027 een evaluatie uitvoeren van de stand van zaken. Hoewel de deur voor klimaatneutrale synthetische brandstoffen bij vrachtwagens op een kier blijft staan, is er nog geen definitieve zekerheid op dat gebied. Het voorlopige akkoord moet nu nog worden goedgekeurd door de vertegenwoordigers van de lidstaten in de Raad en de milieucommissie van het Parlement, voordat het officieel kan worden gepubliceerd in het Publicatieblad van de EU en in werking kan treden.