Laten we even eerlijk zijn: de autosector is een beetje zoals een tiener die belooft zijn kamer op te ruimen, maar uiteindelijk alleen de vuile sokken onder het bed propt. Jarenlang hoorden we hoe de CO2-uitstoot van nieuwe auto’s in Europa gestaag daalde, als een soort milieuvriendelijke triomftocht. Van 148,2 gram per kilometer in 2019 naar een keurige 106,4 gram in 2023 – hoera, elektrificatie, hoera, vooruitgang! Maar houd je vast aan je stuur, want in 2024 is die mooie neerwaartse curve plots omgeslagen in een gênante stijging. Jawel, nieuwe auto’s stootten vorig jaar gemiddeld 106,8 gram CO2 per kilometer uit. Een schamele 0,4 gram meer, maar toch: de eerste stijging in jaren. En eerlijk? Het is niet eens verrassend.
Wat is hier aan de hand? Je zou denken dat met al die glanzende Tesla’s, zoemende hybrides en hippe EV’s die over de Europese wegen zoeven, de uitstoot alleen maar verder zou kelderen. Maar nee, de realiteit is weerbarstiger dan een oude diesel die niet wil starten op een koude ochtend. De grote boosdoener? Duitsland. Ja, das Land van Autobahnen en Bratwurst, verantwoordelijk voor een kwart van alle nieuwe auto-inschrijvingen in Europa, heeft de boel flink verknald. In 2024 steeg de gemiddelde CO2-uitstoot van nieuwe auto’s daar met 3,6 procent, van 113 naar 117,1 gram per kilometer. Waarom? Omdat onze oosterburen de stekkerauto’s links lieten liggen. De verkoop van volledig elektrische voertuigen (EV’s) daalde in Duitsland met maar liefst 28,6 procent, vooral omdat de overheid de subsidies voor EV’s afschafte. Weg premie, weg enthousiasme. Plots kozen de Duitsers weer voor benzine- en diesel slurpende SUV’s, want blijkbaar is groter nog altijd beter.
Maar laten we niet te hard met de vinger wijzen. Het is niet alleen Duitsland. Over heel Europa daalde het aandeel van pure EV’s van 15,5 naar 14,5 procent. Dat is geen aardverschuiving, maar wel een teken dat de elektrische revolutie een beetje begint te sputteren. Ondertussen blijven plug-inhybrides en gewone hybrides het aardig doen, maar die zijn niet bepaald CO2-neutraal als je ze niet vaak genoeg aan de stekker hangt. En laten we eerlijk zijn: wie van ons heeft er altijd zin om die kabel uit te rollen na een lange dag? Precies. Het resultaat is dat de gemiddelde auto in Europa weer iets vuiler is geworden, ondanks alle mooie beloftes van Brussel en de autofabrikanten.
Nu, voordat je denkt dat we allemaal gedoemd zijn om in een wolk van uitlaatgassen te verdwijnen, is er ook goed nieuws. Landen zoals Nederland, Noorwegen, Zweden, Denemarken en Finland blijven koplopers in schone auto’s. In Nederland stoten nieuwe auto’s gemiddeld slechts 65,3 gram CO2 per kilometer uit – een getal waar de rest van Europa alleen maar van kan dromen. En in België? Wij doen het ook niet slecht, met een gemiddelde van 80 gram per kilometer. Dat is deels te danken aan de vlootmarkt, waar bedrijven massaal voor EV’s kiezen, en de Vlaamse EV-premie die particulieren een duwtje in de rug geeft. Maar laten we niet te chauvinistisch worden: de particuliere markt trekt ook hier weer naar benzinewagens en zelfopladende hybrides, die toch wat meer CO2 de lucht in blazen.
Dan is er nog die olifant in de kamer: de EU-regelgeving. In 2024 mochten nieuwe auto’s maximaal 115,1 gram CO2 per kilometer uitstoten, en dat haalden we netjes. Maar dit jaar ligt de lat op 93,6 gram – een doelstelling die ongeveer even realistisch is als een Lada die de 24 uur van Le Mans wint. Autofabrikanten hebben slim gelobbyd om de controles uit te stellen tot eind 2027, want anders zouden ze nu al miljardenboetes aan hun broek hebben. Slim gespeeld, maar het toont wel aan dat de industrie zelf ook niet helemaal gelooft in die razendsnelle vergroening.
En dan de SUV’s. Oh, die vervloekte SUV’s. Ze zijn overal, als onkruid dat je gazon overneemt. In 2019 was 38 procent van de nieuwe auto’s een SUV, vaak met een benzine- of dieselmotor. Ze zijn groot, zwaar en drinken meer dan een student op een cantus. Geen wonder dat ze de CO2-cijfers opdrijven. Maar geef toe, wie kan weerstand bieden aan zo’n stoere bak die eruitziet alsof hij een berg kan beklimmen, ook al gebruik je hem vooral om naar de supermarkt te rijden?
Dus, wat nu? Gaat de elektrische droom in rook op? Niet per se. In België groeit het aandeel EV’s nog steeds, met 24,5 procent van de nieuwe auto’s in de eerste helft van 2024 volledig elektrisch. Dat is een stijging van 8 procent ten opzichte van vorig jaar. En merken zoals BYD en MG, die betaalbare Chinese EV’s op de markt slingeren, zorgen ervoor dat de particuliere koper ook mee is. Maar de realiteit is dat de overgang naar elektrisch rijden niet zo soepel verloopt als de marketingboys ons willen doen geloven. Laadinfrastructuur blijft een pijnpunt – probeer maar eens een snellader te vinden als je in the middle of nowhere staat. En dan hebben we het nog niet over de winter, waarin je EV-actieradius sneller krimpt dan je goede voornemens in februari.
Toch is er hoop. Nieuwe modellen zoals de Jeep Compass EV met 375 pk of de Toyota RAV4 met zijn sportieve hybride-opties laten zien dat elektrificatie niet saai hoeft te zijn. En laten we niet vergeten dat de autosector altijd al goed was in het vinden van oplossingen, meestal op het nippertje. Dus ja, 2024 was een kleine stap achteruit, maar met een beetje gas (of beter gezegd: een beetje stroom) komen we er wel.
Voor wie nu geïnspireerd is om zelf een schonere (of juist een brullende) wagen te scoren, neem een kijkje op onze marketplace. Bij Volty vind je een uitgebreid aanbod aan auto’s, van zuinige EV’s tot stoere SUV’s. Ga naar https://volty.be/nl/buy/cars/overview/ en zoek de wagen die jouw hart sneller doet slaan.